Een bedrijfsovername wordt veelal gefinancierd door een lening bij de bank. Daar is wel het een en ander voor nodig, een goed ondernemersplan bijvoorbeeld. Daarnaast zal de bank vaak ook eigen kapitaal eisen en een medefinancierder om het risico voor de bank te beperken. Een commanditaire vennootschap is een vorm van medefinanciering die in de praktijk regelmatig wordt gebruikt.
Bij een bancaire financiering hanteert de bank het uitgangspunt dat er zoveel mogelijk belanghebbende zijn bij het terug betalen van de bancaire financiering. 100% financiering door de bank door de bank is vrijwel onmogelijk. Zeker bij een bedrijfsovername waar de startende ondernemer zijn ondernemersvaardigheden nog moet ´bewijzen´. De bank verlangt in veel gevallen dat de overdragende ondernemer mede risicodrager wordt voor een bepaalde periode of tot het moment dat bepaalde ratio´s worden behaald. Met de achterliggende gedachte dat een mede-risicohouder er alles aan zal doen om de overdracht tot een succes te maken. Dat verminderd voor de bank de kans dat de bancaire lening niet wordt terugbetaald.
Afhankelijk van de zwaarte van de financieringsaanvraag zal de bank mogelijk de volgende risico beperkende maatregelen willen nemen:
Uiteraard blijft het sterk afhankelijk van elke individuele casus welke instrumenten de bank zal willen inzetten om de financiering mogelijk te maken.
Een vorm van medefinanciering, naast een bancaire lening, die in de praktijk ook vaak wordt gebruikt is de commanditaire vennootschap. Dit is een rechtsvorm waarbij er twee vennoten zijn: de beherende en de stille vennoot. De beherende vennoot, de overnemende partij, heeft de dagelijkse leiding. De stille vennoot, de overdragende partij, is alleen financieel betrokken.
In enkele specifieke gevallen kan erfpacht ook een vorm van medefinanciering zijn naast de bancaire lening.